Elf jaar geleden kwam Saar Hoogendijk naar Deventer om predikante te worden van de Protestantse Gemeente en de Lebuinuskerk. Dat ze op deze plek, vol historie en inspiratie, haar deel mag bijdragen, geeft haar een rijk gevoel. ‘Je mag hier ook gewoon stil zijn.’
‘Wij mogen ons welkom weten onder het ruime dak van gods liefde’, zo luidt Saar Hoogendijk welkomstwoord bij een gewone zondagdienst. Want, zoals Saar zegt, het geloof en het gebouw zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.
De Lebuinuskerk is een ankerpunt voor vele Deventenaren. Zodra de grote toren van de Lebuinuskerk al van verre in zicht komt, is er dat gevoel van thuiskomen. Ooit stak Lebuinus in het jaar 768 de IJssel over om de Saksen te bekeren. Nu, zo’n 1255 jaar later, is de Lebuinuskerk in Deventer een plek om thuis te komen, te verwonderen en te ervaren.
Historie en mystiek
Maar wat schuilt er eigenlijk achter die muren? En wat is dan die aantrekkingskracht? Nieuwsgierig belde ik Saar op met de vraag of ik haar voor Deventer Verhalen mocht interviewen. En of ze mij mee wilde nemen in haar wereld, in haar plek die zij inneemt in wat de Lebuinuskerk voor Deventer vandaag de dag is. Het mag en als ik aanbel bij de ingang aan de Kleine Poot en de grote deur niet veel later opengaat, voel ik meteen dat ik een plek vol van historie en mystiek binnentreed.
Toen ze begon als predikante in Deventer waren er ook nog diensten in het Open Hof. Een multifunctioneel gebouw, waar ze als kerkgemeente afscheid van hebben moeten nemen. Een pijnlijk proces, zoals Saar zegt. ‘Maar toen de Lebuinuskerk de plek werd voor alle gemeenteleden in Deventer, bracht dat nieuw elan. Al gauw merkte ik dat tussen deze hoop opgetrokken bakstenen muren de diensten niet meer automatisch ingevuld konden worden zoals ik gewend was.’ Nee, er was meer.
Bezinning en stilte
‘Het gebouw inspireerde en nodigde uit om dingen op een andere manier te gaan doen. Zo steken we niet meer op Stille Zaterdag in de Paaswake de paaskaars aan, maar doen dat nu op paaszondag om half zeven in de vroege ochtend in de crypte. Een mystieke plek, die uitnodigt tot bezinning en stilte.’ Jonge gezinnen, jongeren en ouderen, iedereen verzamelt zich daar. Na het aansteken van de kaars gaan ze naar boven en gaan in een processie door de kerk. Bij verschillende plekken stoppen ze en overdenken daar met een gedicht, lied, pianomuziek of lezing om bij zonsopgang te eindigen bij het hoogkoor met brood en wijn. ‘Gedurende de processie zwelt de stoet aan tot wel honderd mensen.’
Lichtjesdag, de zaterdag voor Allerzielen, wordt ook steeds bekender. ‘Sinds acht jaar mogen mensen een kaarsje op die dag aansteken voor degene die ze willen herdenken. Iedereen is welkom op deze plek. Er is muziek, er worden gedichten voorgedragen en er is een pastoraal team aanwezig om mensen een luisterend oor te bieden.’
‘Ja, het gebouw nodigt uit en inspireert. Want maak je een viering in deze kerk een keer mee, dan voel je dat het zo hoort. Je bent dan ook voortdurend in dialoog met het gebouw en dat is buitengewoon boeiend.’
Dat het geloof onlosmakelijk verbonden is met het gebouw blijkt ook uit de reacties van de 2000 leden tellende geloofsgemeenschap. ‘Mensen zeggen dit niet alleen, maar ervaren het ook. Tijdens de winter was de verwarming niet aan. Ondanks de kou bleven we toch kerkdiensten houden. Het gebouw was zo’n belangrijk onderdeel voor de gemeente dat er geen sprake was van een tijdelijke verhuizing naar een warmere locatie.’
Ruimte om te zijn
Ook mensen van buiten ervaren de kerk als een bijzondere plek. ‘Als toeristen binnenkomen, zijn ze vaak onder de indruk en kun je zien hoe ze de ruimte in zich opnemen. Veel mensen gaan de crypte in om naast bezinning en stilte iets in het intentieboek op te schrijven wat in het zondagsgebed meegenomen wordt.’ Er zijn echter ook mensen die het gebouw saai vinden en zeggen dat ze niets zien. ‘Maar je moet wel moeite doen om te zien wat het gebouw jou te vertellen heeft. En ja, het hoogkoor heeft geen altaar meer. En als bij binnenkomst je oog valt op deze lege plek is dat inderdaad een beetje gek. Maar omdat het een lege plek is, heeft het ook een mooie symbolische betekenis. Je vult niets in, houdt het open en er kan van alles gebeuren. Je kan hier dan ook gewoon stil zijn.’ Toch wordt er gekeken of het hoogkoor plek kan gaan bieden aan een betekenisvol kunstwerk.
Ik vraag haar hoe ze het gebouw in één woord kan omschrijven. ‘Dat is ruimte’, zegt Saar. ‘Niet alleen de fysieke ruimte, maar ook ruimte om te mogen ademen, om te mogen zijn en te mogen dansen en spelen.’ Zo heeft ze tijdens een dienst over het bijbelverhaal van de Bruiloft te Kana een dansvloer gemaakt middenin de kerk waar mensen feestelijk hebben gedanst. Maar ruimte krijgt ze ook terug van de gemeenschap. ‘Het is echt een open gemeenschap, waar iedereen welkom is of je nu nieuw bent of gewoon een keer komt kijken.’
Galmende voetstappen
Na in een vergaderkamer vooral te hebben gesproken over de locatie, lopen we de grote kerk in om deze te ervaren. Het is rustig in de kerk. Galmende voetstappen van bezoekers en een dichtvallende deur vullen de immense hoge ruimte. Wij lopen naar het hoogkoor, wat voor Saar een van de meest prettige en bijzondere plekken in de kerk is. Als we in de crypte komen, bladert ze door het intentieboek en leest aandachtig de bijgeschreven intentieverzoeken door.
Saar vertelt dat het haar mooi zou lijken om naast de bestaande speurtocht voor bezoekers voor hen ook een meer spirituele tour te ontwikkelen. ‘Een waarbij je op verschillende plekken in de kerk stilstaat met een overdenking of persoonlijke vraag. Een ervaring die iets meer de religieuze aspecten van de kerk belicht.’ Als voorbeeld hiervan, komen we bij de Magistraatskapel en wijst ze naar het Coventry Kruis. Een kruis voor vrede en verzoening, voortgekomen uit de Tweede Wereldoorlog. Maar ook de prachtige glas-in-lood ramen spreken je als bezoeker toe. Ik zou hier wel even willen zitten, een kaarsje aansteken en mij bezinnen. En op dat moment voel ik wat Saar met de spirituele tour voor ogen heeft.
Beeldenstorm
‘Kijk!’ Saar wijst naar een stenen plakkaat in de muur waar de hoofden van de uit steen gehouwen figuren ontbreken. ‘Hier kun je de restanten van de Beeldenstorm zien.’ Terwijl we over de stenen graven van de notabelen van het oude Deventer lopen, wijst ze op de oneffenheden. ‘Kinderen mogen hier wel eens met overtrekpapier schetsen maken van de vloer. Hartstikke leuk vinden ze dat.’ Bij de vorige predikante mochten kinderen op een briefje een woord schrijven of iets anders wat ze tegen God wilde zeggen. Vervolgens maakten de kinderen er een propje van en stopte het in één van de gaten in muur. Terwijl ik door de kerk loop, zoek ik naar deze gaatjes. Maar hoe goed ik ook kijk, ze zijn onvindbaar. En eigenlijk maar goed ook, want het is per slot van rekening hun geheimpje met God.
Na een uitgebreide tour door de kerk lopen we terug naar de vergaderkamer en besluiten we deze ontmoeting. Maar niet voordat ik nog één keer omhoog heb gekeken. Onder het ruime dak van gods liefde aanschouw ik de grote open ruimte. Door de eeuwen heen hebben mensen hier gebeden, gezongen, in stilte gezeten en hun toevlucht gezocht. Een gebouw als ankerpunt in Deventer en daarbuiten. Toen en nu.
Fotografie: Viorica Cernica
Reacties 3
Wat een mooie weergave Saar !
Mooi beeld geschetst zo dank je
Herkenning van A tot Z. Ik ben dankbaar en blij om je mooie verhaal Saar. Ik hoop dat de aantrekkingskracht van de Lebuinuskerk uit mag groeien tot een verlangen naar GOD.
Reactie plaatsen